Tags
Zaterdag 22 juli 2023
In Oranienburg, een plaats in de buurt van Berlijn, ligt het gelijknamige kasteel Oranienburg. Vanaf Berlijn kun je met een regionale trein in ongeveer een half uur naar deze plaats toe. Het kasteel ligt vervolgens op loopafstand van het station. Het huidige kasteel is tussen 1651 en 1655 door de Brandenburgse keurvorstin Luise Henriette van Oranje in Hollandse stijl gebouwd.

In het kasteel kun je rondlopen door middel van een rondleiding. In een ander gedeelte van het gebouw bevindt zich het regionale museum Oberhavel waar ik na de rondleiding nog een kijkje ben gaan nemen.

De eerste ruimte van het gebouw is de Oranje zaal. Deze ruimte is rond 1700 door Frederik III als feest- en eetzaal gebouwd. In de zaal hingen allerlei schilderijen die te maken hadden met het Huis van Oranje. In 1833 is alles verwoest bij een grote brand. Het enige wat nog overgebleven is, zijn een aantal afbeeldingen die in 1998 weer ontdekt zijn in de nissen van enkele ramen.

In de voormalige porseleingalerij was een verzameling van honderden verschillende soorten porselein met stukken van bergkristal en barnsteen te zien. Tegenwoordig hangen hier een aantal tapijten waarop belangrijke gebeurtenissen uit het einde van de 17de eeuw zijn weergegeven zoals de slag bij Fehrbellin (1675), de verovering van Stralsund (1678), de landing op Rügen (1678), de verovering van Stettin (1677) en de winterexpeditie naar Pruisen (1679).

De audiëntie kamer was in gebruik voor de ontvangst van speciale gasten. Tegenwoordig zijn in deze ruimte een tweetal tapijtwerken te zien met feesten aan het hof. Ze zijn een onderdeel van een reeks van zes die Frederik I gekregen heeft als geschenk van de Franse koning Ludwig XIV.

Vanuit de oranje zaal kwam de gast in de voorkamer uit, die op de volgende foto te zien is. Hier hingen eerst gobelins met voorstellingen van de vier jaargetijden. Nu hangen hier de overige tapijten uit de serie met feesten aan het hof, waarvan de eerste twee in de vorige ruimte te zien zijn.

Het schrijfkabinet is een kleine kamer die gedurende lange tijd deze functie heeft gehad. In deze ruimte is nu een porseleinen schouderpot te zien uit Japan (1680). Vroeger waren in deze ruimte 31 kleine schilderijtjes te zien. Tot 1945 was het plafond van deze ruimte beschilderd. Op de foto’s die hiervan bewaard gebleven zijn is te zien dat drie kleine figuren een grote Japanse schouderpot omhooghouden. Dit is het soort pot dat hier nu te zien is.

De eerste kamer in de linkervleugel had oorspronkelijk ook een beschilderd plafond met gouden decoratie. Ook dit is in 1945 bij het bombardement op Oranienburg volledig verloren gegaan. In deze ruimte zijn nu schilderijen te zien van Nederlandse schilders uit de verzameling van koning Frederik I. De meeste van deze schilderijen bevinden zich als sinds de 18de eeuw in dit kasteel.

In de rode slaapkamer is een tafeltje te zien uit de eerste helft van de 17de eeuw dat gemaakt is van ivoor. De vorst Frederik Wilhelm van Brandenburg bezat macht en landerijen. Johann Moritz schatten uit Brazilië. Hierdoor kwam het tot een ruil waardoor de vorst het meubel van ivoor kreeg samen met kunstwerken, boeken en wapens en Johann Moritz een landgoed in Kleve.

De volgende ruimte is de witte slaapkamer. Deze kamer heeft die naam gekregen vanwege het hemelbed van keurvorstin Louise Henriette dat een hemel had die bestond uit witte satijn. De wanden waren van rode damast. De portretten laten de familie van de keurvorst zien. Met zijn eerste vrouw Louise Henriette had Friedrich Wilhelm zes kinderen waarvan er drie binnen twee jaar na hun geboorte overleden.

Ook in de gokkamer van het paleis waren de muren oorspronkelijk bedekt met rode damast. Na de dood van Koning Stadhouder Willem III in 1702 ontstond er een strijd om de erfenis tussen Johan Willem Friso van Nassau en koning Frederik I van Pruisen. Hierdoor kreeg hij een aantal paleizen in Nederland en hun kostbare kunstverzameling in zijn bezit. Alle in deze kamer opgehangen schilderijen komen uit deze erfenis.

De volgende ruimte was vroeger volledig betimmert met zwartgelakt hout met een gouden beschildering. Deze bestond uit Indiase figuren en bloemen. Tegenwoordig hangen in deze ruimte een aantal schilderijen uit de tweede helft van de 17de eeuw.

De in 1697 gerealiseerde porseleinkamer was de mooiste kamer van dit kasteel van de Brandenburgse keurvorst Frederik III (de latere koning Frederik I van Pruisen). Het plafond van deze kamer is behouden gebleven maar de marmeren vloerbodem is een reconstructie. Voor 1945 stonden in deze ruimte ongeveer 5000 porseleinen voorwerpen.

Een bijzonder stuk porselein is het onderstaande uit zeven delen bestaande object. Het is uit het jaar 1695 en maakte onderdeel uit van de Hollandse keuken van het kasteel.

Op de laatste foto is een kroonluchter van barnsteen te zien. Het is nooit de bedoeling geweest dat deze ook als lichtbron gebruikt zou gaan worden. Dit is hard geworden boomhars. In de 17de eeuw kwam dit vooral uit de omgeving van het huidige Kaliningrad. Als landsheren had de familie Hohenzollern het recht op al dit materiaal. Ze hadden dan ook veel voorwerpen van barnsteen en gebruikten dit regelmatig als diplomatieke geschenken.

Het volgende deel van dit reisverslag is te vinden op deze pagina
In Oranienburg, een plaats in de buurt van Berlijn, ligt het gelijknamige kasteel Oranienburg. Vanaf Berlijn kun je met een regionale trein in ongeveer een half uur naar deze plaats toe. Het kasteel ligt vervolgens op loopafstand van het station. Het huidige kasteel is tussen 1651 en 1655 door de Brandenburgse keurvorstin Luise Henriette van Oranje in Hollandse stijl gebouwd.

In het kasteel kun je rondlopen door middel van een rondleiding. In een ander gedeelte van het gebouw bevindt zich het regionale museum Oberhavel waar ik na de rondleiding nog een kijkje ben gaan nemen.

De eerste ruimte van het gebouw is de Oranje zaal. Deze ruimte is rond 1700 door Frederik III als feest- en eetzaal gebouwd. In de zaal hingen allerlei schilderijen die te maken hadden met het Huis van Oranje. In 1833 is alles verwoest bij een grote brand. Het enige wat nog overgebleven is, zijn een aantal afbeeldingen die in 1998 weer ontdekt zijn in de nissen van enkele ramen.

In de voormalige porseleingalerij was een verzameling van honderden verschillende soorten porselein met stukken van bergkristal en barnsteen te zien. Tegenwoordig hangen hier een aantal tapijten waarop belangrijke gebeurtenissen uit het einde van de 17de eeuw zijn weergegeven zoals de slag bij Fehrbellin (1675), de verovering van Stralsund (1678), de landing op Rügen (1678), de verovering van Stettin (1677) en de winterexpeditie naar Pruisen (1679).

De audiëntie kamer was in gebruik voor de ontvangst van speciale gasten. Tegenwoordig zijn in deze ruimte een tweetal tapijtwerken te zien met feesten aan het hof. Ze zijn een onderdeel van een reeks van zes die Frederik I gekregen heeft als geschenk van de Franse koning Ludwig XIV.

Vanuit de oranje zaal kwam de gast in de voorkamer uit, die op de volgende foto te zien is. Hier hingen eerst gobelins met voorstellingen van de vier jaargetijden. Nu hangen hier de overige tapijten uit de serie met feesten aan het hof, waarvan de eerste twee in de vorige ruimte te zien zijn.

Het schrijfkabinet is een kleine kamer die gedurende lange tijd deze functie heeft gehad. In deze ruimte is nu een porseleinen schouderpot te zien uit Japan (1680). Vroeger waren in deze ruimte 31 kleine schilderijtjes te zien. Tot 1945 was het plafond van deze ruimte beschilderd. Op de foto’s die hiervan bewaard gebleven zijn is te zien dat drie kleine figuren een grote Japanse schouderpot omhooghouden. Dit is het soort pot dat hier nu te zien is.

De eerste kamer in de linkervleugel had oorspronkelijk ook een beschilderd plafond met gouden decoratie. Ook dit is in 1945 bij het bombardement op Oranienburg volledig verloren gegaan. In deze ruimte zijn nu schilderijen te zien van Nederlandse schilders uit de verzameling van koning Frederik I. De meeste van deze schilderijen bevinden zich als sinds de 18de eeuw in dit kasteel.

In de rode slaapkamer is een tafeltje te zien uit de eerste helft van de 17de eeuw dat gemaakt is van ivoor. De vorst Frederik Wilhelm van Brandenburg bezat macht en landerijen. Johann Moritz schatten uit Brazilië. Hierdoor kwam het tot een ruil waardoor de vorst het meubel van ivoor kreeg samen met kunstwerken, boeken en wapens en Johann Moritz een landgoed in Kleve.

De volgende ruimte is de witte slaapkamer. Deze kamer heeft die naam gekregen vanwege het hemelbed van keurvorstin Louise Henriette dat een hemel had die bestond uit witte satijn. De wanden waren van rode damast. De portretten laten de familie van de keurvorst zien. Met zijn eerste vrouw Louise Henriette had Friedrich Wilhelm zes kinderen waarvan er drie binnen twee jaar na hun geboorte overleden.

Ook in de gokkamer van het paleis waren de muren oorspronkelijk bedekt met rode damast. Na de dood van Koning Stadhouder Willem III in 1702 ontstond er een strijd om de erfenis tussen Johan Willem Friso van Nassau en koning Frederik I van Pruisen. Hierdoor kreeg hij een aantal paleizen in Nederland en hun kostbare kunstverzameling in zijn bezit. Alle in deze kamer opgehangen schilderijen komen uit deze erfenis.

De volgende ruimte was vroeger volledig betimmert met zwartgelakt hout met een gouden beschildering. Deze bestond uit Indiase figuren en bloemen. Tegenwoordig hangen in deze ruimte een aantal schilderijen uit de tweede helft van de 17de eeuw.

De in 1697 gerealiseerde porseleinkamer was de mooiste kamer van dit kasteel van de Brandenburgse keurvorst Frederik III (de latere koning Frederik I van Pruisen). Het plafond van deze kamer is behouden gebleven maar de marmeren vloerbodem is een reconstructie. Voor 1945 stonden in deze ruimte ongeveer 5000 porseleinen voorwerpen.

Een bijzonder stuk porselein is het onderstaande uit zeven delen bestaande object. Het is uit het jaar 1695 en maakte onderdeel uit van de Hollandse keuken van het kasteel.

Op de laatste foto is een kroonluchter van barnsteen te zien. Het is nooit de bedoeling geweest dat deze ook als lichtbron gebruikt zou gaan worden. Dit is hard geworden boomhars. In de 17de eeuw kwam dit vooral uit de omgeving van het huidige Kaliningrad. Als landsheren had de familie Hohenzollern het recht op al dit materiaal. Ze hadden dan ook veel voorwerpen van barnsteen en gebruikten dit regelmatig als diplomatieke geschenken.

Het volgende deel van dit reisverslag is te vinden op deze pagina
Reactie toevoegen